maandag 3 oktober 2011

Vancouver

Woensdag 14 september: vancouver:

We zijn weer enige tijdszones verder. Er is nu een tijdsverschil van 9 uur met Nederland. We had-den een rustige vlucht van Ottawa naar Vancouver. We zitten in het hotel Sylvia aan Sunset boullevard in Vancouver. Vanuit de bar zie ik veel schepen voor anker liggen. In de verte voeren containerschepen langs; op weg naar Seatlle, Portland of Vancouver? Na een bier hebben we een uur langs de boulevard gewandeld en zijn daarna in de bar gaan eten met uitzicht op de joggers, skaters, fietsers, etc. Er kwam zelfs iemand met langs op rollerskates met een dalmatier aan de lijn. Heel relaxed allemaal.
Gisteren de laatste dag in Ottawa ( spreek uit Ottwah) . Een uitvoerig bezoek aan de parlementsge-bouwen onder leiding van de mensen die verantwoordelijk zijn voor de historische collectie van het gebouw en de architect die verantwoordelijk is voor de restauratie. Het gebouw is ooit ge-bouwd door Schotse metselaars die geen weet hadden van de extreme temperatuurswisselingen in Ottawa.Het bezoek liep wat uit. Daarna een pubmeal en dat liep ook wat uit. Gu en ik waren de enige Newcomen leden die nog de sluizentrap van het Rideaukanaal in Ottawa hebben bezocht. Tijdens dat bezoek een enorme onweersbui. We schuilden in een museumpje. Geen tijd meer voor andere musea zoals het nieuwe war museum of het museum of civilization. 's Avonds hebben we samen gegeten in een gerenoveerde oude markt: een luxe bistro. Dat is net zo modern als een gastro pub.
De horeca is wat apart. Als je iets kiest is altijd "Great choice". Als je iets van de bierkaart kiest ( we hebben veertig soorten Belgisch bier) blijkt het net op. In Toronoto ( spreek uit : Tfronno, net of het een New Yorkes maffia naam is, maar het is Indiaans) bestelde ik een Leffe Blonde van de kaart; Ik kreeg een donker bier. Dus ik zei tegen de aanwezige bierspecialist dat het niet klopte. Hij hield het glas tegen het licht en kwam tot de conclusie dat ik gelijk had. Ik kreeg vervolgens Hoegaarden.Ze hadden volgens hem net de vorige dag de kaart gewisseld. Daarna bracht hij mij zwarte cappuccino. Bij het barmeal bleken alle door mij gekozen bier soorten ook net op. Uiteindelijk kreeg ik en soort Kriek, maar dan met cranberry smaak.
We hebben een goed gevoel over de Newcomen Society visit in Ontatia. Het is wel weer prettig om samen te zijn en niet de hele dag Engels te hoeven praten. Morgen een hele dag in Vancouver.

Kingston-Ottawa



Maandag 12 september:

Zaterdag: Mariott Court; een grote studio maar een zeer matig ontbijt. Wandelend naar het maritieme museum. Daar lag een boeienlegger annex ijsbreker in het oudste droogdok van Canada. Het museum had een mooie collectie, maar de bookshop was wat aan de magere kant. Daarna rondvaart door Thousand islands; prachtig gebied van 1800 eilanden in de St. Lawrence rivier en het Ontariomeer. Sinds tweede helft 19de eeuw playground for the rich; vooral Amerikanen. Prachtige landhuizen. Het deed denken aan Zweedse scherenkust. Aan boord van de namaak Missisippi steamer waren twee jazz muzikanten. Daarna Fort Henry. Rondleiding door 19de eeuwse soldaat. Althans in 19de eeuws uniform. Men houdt hier van “dressing up”. Daarna diner in “officiersmess”. Loyal Toast to the Queen en to Thomas Newcomen. Volgens de Canadezen dus Queen Victoria.
's Avonds nog even koffie gedronken bij coffee company.

Zondag
om 9 uur vertrokken uit onze hotelsuite, eerst nog even langs bij de sluizen van King's mills. De dag stond in het teken van het Rideau kanaal dat na de oorlog van 1812 tussen de USA en Engeland in fases werd aangelegd. Het heeft 75 sluizen, talloze meren en bij sluizentrappen staan Blockhouses om de sluizen te verdedigen tegen de Amerikanen ( en later Ieren!). De hoofdstop was bij Jones Falls. Stuwdam uit 19 de eeuw met sluizentrap. De buizen naar de elektrische centrale uit 1947 waren van hout. We werden rondgeleid door de smid in zijn kostuum uit de 19de eeuw. Spannende verhalen in het Blockhouse. De lockmaster, die het bewoonde was Iers-katholiek geweest en getrouwd met een protestantse Engelse vrouw. Een onmogelijke combinatie in die tijd. En zo'n baan als lock keeper kreeg je alleen via connecties. De Engelse dames in het gezelschap wisten het wel. Ze was zwanger geworden van de Ier en de familie wilde haar zo ver mogelijk van huis hebben. En ze betaalden voor het baantje. Het was prachtig weer en het was een absolute beauty spot. We hadden lunch in een heel ouderwets resort-hotel. Boeken zijn wat schaars maar overal zijn boeken over spoken op het kanaal te koop.
Daarna Smith's falls met sluizen, het Rideaukanaal museum en de werkplaats waar de sluizen van het hele kanaal waren; 75 sluizen; elk jaar worden 3 paar vervangen. Ten slotte Merickville met Blockhouse museum en ice cream in de hoofdstraat van deze typisch 19de eeuwse plaats.
's Avonds in Ottawa gegeten in visrestaurant met 40 soorten Belgisch bier. We namen toch maar steam whistle. We zaten naast een Belgisch echtpaar uit Wallonië.

Maandag
Per bus naar het museum of Science en industrie. Het ligt in een buitenwijk van Ottawa. Er omheen een park met stoomloc, raket, vuurtoren etc. Het gebouw was een voormalige broodfabriek. Het museum was gesloten, dus we hadden het rijk alleen. Rondleiding met een van de curatoren door de depots: veel locomotieven. De auto's stonden in rekken drie hoog. Een van de eerste pausmobiels stond er ook. In het museum o.a. veel over de eerste Canadese kunstmaan, maar ook alles over de Canadese kano. Lunch tussen twee gigantische stoomloc's. 's Middags lezingen over techniek geschiedenis: van naaimachines en locomotieven tot gender and engineering. Gu ging liever winkelen. Vanavond afscheidsdiner met de Canadezen. Goede sfeer. Aan onze tafel een Canadese militaire ingenieur. Hij kwam uit Edinburg en zijn vrouw uit Liverpool. Ze waren sinds 8 jaar Canadees. Slecht 20000 inwoners van Ottawa kunnen zich beroemen op een stamboom die terug gaat tot het Canada van voor 1900. Ottawa is een mooi stad. Het was 25 graden en vochtig. Het beloofde onweer bleef uit.

Amsterdam – Toronto – Kingston


Vrijdag 9 september 2011:

Vanavond zaten wij om 9 uur nog op het terras van de Pilot House Greek salad with French Fries te eten en Steam Whistle bier te drinken. We zitten in Kingston aan het Ontario Meer. Ooit bedoeld als hoofdstad van Canada. Het beoogde parlementsgebouw is nu gemeentehuis en ligt op 5 minuten lopen hier vandaan. We bewonen een enorme suite in het Mariott hotel aan de voormalige waterfront. De sfeer is heel ontspannen hier: het is een studentenstad: universiteit, militaire academie en een collega. Verder zes gevangenissen en veel pensionado's. De stad met zijn fort en Martello verdedigingstorens staan samen met her Rideaukanaal op de werelderfgoedlijst van de Unesco. Maar dat gaan we morgen allemaal bekijken.

Vandaag hebben we eerste een kerncentrale bezocht; d.w.z. het bezoekerscentrum. We kregen een lezing van een mevrouw over de verschillende types kerncentrales en waarom het Canadese model superieur was aan het Amerikaanse Westinghouse en het Franse Ahlstom model. Verder heel veel over de mooie natuur rond de kerncentrale. Inderdaad buiten het bezoekerscentrum rook de lavendel heerlijk, maar de centrale mochten we niet in. Na 9/11 en de Japanse kernramp laten ze eigenlijk geen bezoekers meer toe. Ze doen wel erg veel aan P.R. Vooral richting hun “buren”. Jaren geleden ben ik in een Schotse kerncentrale overal in geweest. Daarna gingen wij naar Peterborough aan het Trent en Mersey kanaal. Dit is een stelsel van kanalen opgestuwde rivieren en meren dat het Ontario meer moest verbinden met de prairies. Er zijn heel veel sluizen en twee scheepsliften. We bezochten de scheepslift in Peterborough die zo'n 40 meter hoogteverschil overwint. We gingen er met een boot door heen en daarna een tocht over een stukje kanaal. Lunch aan boord en uitleg van een Canadees in kostuum uit 1903. Model voor de scheepslift stonden de scheepsliften in Anderton ( UK) , Saint Omar (Frankrijk) en La Louvière 1 ( België) . Bij terugkomst mochten onder in de scheepslift rond kijken en de monteurs gaven tekst en veel uitleg. De Canadezen zijn soms wat breedsprakig. De oppersluismeester moest om 16 uur thuis zijn omdat hij kijkers kreeg voor zijn huis. Hij had zijn stem geoefend in de tijd dat er nog geen VHF radio was voor communicatie met de schepen. Het kanaal wordt nu alleen gebruikt voor jachten, rondvaartboten en veel kano's. Commercieel was het kanaal nooit een succes. Het wordt nu geëxploiteerd door de Canadese Nationale parken organisatie.

Dat het kanaal geen succes werd kwam door het Welland kanaal dat het Ontariomeer meer verbindt met het 90 meter hoger gelegen Erie meer. Daar waren wij gisteren. Het was somber weer. We gingen eerst naar Thorold naar sluis 7. We werden ontvangen door een heel comité met o.a. Burgemeester, iemand van het streekgeweest, mensen van de Canadese en Amerikaanse canal society en ingenieurs van de kanaalorganisatie. Dit is het vierde Welland canal dat in de loop van twee eeuwen is gegraven. Dit kanaal dateert uit 1932 en maakt nu deel uit van de Saint Lawerence seaway. Ze verzinnen allerlei trucs om steeds grotere schepen door te laten o.a. Door een grotere diepgang toe te laten en alles met laser en GPS te controleren. Interessant was ook een soort hydraulische bolders die het schip in de sluis op hun plaats moeten houden. Toen wij er waren in 1979 werd bij het begin van de sluis een matroos van het schip met behulp van een laadboom op de kade gevierd en hij moest dan het schip met trossen vast leggen. Deze moesten met lieren snel worden gevierd of ingehaald omdat het schip snel zo'n 10 meter daalde of steeg. Volgens het schoolbord in het voormalige sluiswachtershuis, nu bezoekerscentrum, werd een bulkcarrier verwacht voor een schutting. Helaas bleek hij in de voorgaande sluis de kade geramd te hebben, ondanks het hydraulische aanmeersysteem. Verder kon je eigenlijk nauwelijks de sluis op; dankzij 9/11. In 1979 kon je meer zien en doen. Maar het was erg leuk om met de staf en zelfs gepensioneerden van de kanaalorganisatie te praten.
Daarna gingen wij naar een restaurant bij de Niagara watervallen. Helaas regende het en van de Hoseshoe falls ( de Canadese kant) kwam een enorme mist. Gelukkig trok het allemaal af en toe op zodat Gu toch een aantal mooie foto's heeft kunnen maken.
Ons volgende bezoek was aan een waterkrachtcentrale: Adma Beck II van de Ontario Power. WE hadden weer een overenthousiaste gids. Later kwam een van de ingenieurs nog om wat vragen te beantwoorden: dus het liep erg uit. Ook hier weer 9/11 die de tour beperkte. Ten slotte nog het stoommachines van de waterleiding in Hamilton. Grote balansmachines uit de 19 de eeuw. De waterleiding was niet alleen van belang voor hygiëne maar vooral voor de brandbestrijding bij de vele houten huizen. Huizen met een waterleiding waarop de brandweer kon worden aangesloten kregen een lagere premie voor hun brandverzekering. De curator vertelde dat hij de zoon was van en lekenprediker. Dat was te merken. Hij was erg enthousiast en sleepte ons van depot naar depot. Hij verzamelde van alles tot en met de eerste toiletten en koelkasten. We kregen avondeten in het voormalige ketelhuis waar ook een tentoonstelling was van “Lady painters”. Een was van Gloria Kingma. Haar “Lelies” kostte Can $ 450. Ze was er zelf niet.

Woensdag was het programma in Toronto. Eerst het luchtvaartmuseum in een vliegtuigfabriek uit 1929. Daar was o.a. een Lancaster in restauratie. Deze was gebouwd in Canada. Bij een tafeltje stond een bordje “meet the author”. Daar zat Philip Gray. Hij was journalist maar had in de tweede wereldoorlog een Lancaster gevlogen. Toen ik begon over operatie “manna”, de voedseldroppings in april/mei 1945 had ik op de juiste knop gedrukt. Hij toonde een bedankbrief van Prins Bernhard, pamfletten die over Nederland waren uitgestrooid etc. Uiteraard kocht in zijn boek met opdracht. De gemiddelde leeftijd van de bemanning van zijn Lancaster was 21. Dus hij is nu 87.
's Middags gingen wij naar het Rogers Centre, de voormalige Skydome; het eerste overdekte stadion. We zouden vooral uitleg krijgen over de techniek maar we hoorden ook alles over de Toronto Blue Jays ( honkbal) die die avond tegen de Boston Red Sox moesten spelen. De gids, van Lets/Pools/Duits/Engelse afkomst sprak 9 talen, waaronder Nederlands. Naast het Rogers centre is het Toronto Railways Heritage centre. De lokomotievenloods is voor de helft meubelwinkel en voor de andere helft de stoombrouwerij “Steam Whistle”. Er staan twee locomotieven en een aantal wagen Ten slotte nog naar de gerestaureerde stoomveerpont Trillium aan het havenfront. Die was onder stoom omdat er 's avonds een party was. Het houten interieur was eenvoudig. Hij bracht vooral passagiers naar een fun city op het eiland tegenover Toronto. Aan het einde van elke tramlijn was wel een soort pretpark, speeltuin of wat dan ook, om te zorgen dat de tram ook in het weekend passagiers had.

Toronto is een snel groeiende stad; meer dan de helft van de inwoners is geboren buiten Canada. Overal worden hoge kantoren neer gezet. In het mega-hotel veel staff uit Aziatische landen. Onze buschauffeur woonde twintig jaar geleden nog in China. De mevrouw die de catering in het vliegtuigmuseum verzorgde vertelde dat ze een aantal jaren geleden uit Wit-Rusland was vertrokken. Toch zie je in het straatbeeld geen hoofddoekjes of zo.

Op dinsdag kennismaking met onze groep, waarvan ik de helft al kende. Onze ene gids, I am a son of a D-Day veteran who was wounded on D-Day +3, is een gepensioneerde majoor van het Canadese leger. De ander is een gepensioneerde architect en townplanner. Ze hielden dinsdagavond goede inleidingen. Ook veel leuk commentaar onderweg. En ze zijn onbekommerd patriottistisch.

In het begin vallen de lange vrachtauto's je op ( tot 33 meter lengte) en de 16 baans autowegen rond Toronto, maar het begint al weer te wennen. De extreem slappe koffie went nog niet. Verder natuurlijk de hele dag TV over de 9/11 herdenking. Men kijkt hier toch met gemengde gevoelens naar de USA, de “bossy neighbor”, de bazige buurman. De economie van Canada is geïntegreerd met de van de USA, dus als het in de USA niet goed gaat, merken ze dat hier ook.

Canada september 2011




De aanleiding tot deze reis was de summer meeting van The Newcomen Society die in de Canadese provincie Ontario plaats vond: Toronto, Kingston en Ottawa. We vertrokken op 6 september met de KLM van Schiphol naar Toronto. We hebben enige verslagen naar huis gestuurd. Deze verslagen en de Picasa albums zijn nu bij elkaar gebracht in de volgende berichten.